zaterdag 11 januari 2014
Even wachten ....
Als je iets doet in een ziekenhuis, is het wachten.
Niet dat ik enige behoefte voel om dit te doen, maar in het ziekenhuis kan je nu eenmaal niet anders. Of je wilt of niet, het gaat om wachten.
Dertien jaar geleden werkte ik zelf nog in het ziekenhuis en daar was het al een belangrijk thema: het wachten. De directie nodigde zelfs een directeur van de bloemenveiling in Aalsmeer uit om ons hierover te kapittelen: bloemen en planten die verkocht moeten worden in Amerika kunnen namelijk niet wachten. De oversteek moet liefst onmiddellijk worden ondernomen anders kun je ze net zo goed direct in de prullenbak gooien.Ik zat in een zaal vol met managers en dokters te luisteren en we begrepen de boodschap: we moesten iets doen aan het wachten.
Dat leverde één of ander adviesbureau weer een jaar lang een mooie omzet op. Zij wisten namelijk hoe het wachten moest worden voorkomen. Ze hadden er ook een naam voor: patiëntenlogistiek. Patiënten zijn hierbij een soort pakketjes en het ziekenhuis is een soort fabriek. In die fabriek moeten allerlei handelingen worden verricht aan de pakketjes en dat heet dan weer een proces. Zo'n proces diende je efficiënt in te richten anders gebeurde nu net wat je vóór alles wilde voorkomen: dan moesten de pakketjes wachten....
Toen was al duidelijk dat deze papieren logica in de praktijk anders werkte. Belangrijkste oorzaak:
het hele proces bleek mensenwerk te zijn.
Dus begonnen neurologen en orthopeden ordinair ruzie te maken over de capaciteit van een nieuwe MRI-scan. De oogarts begreep alle aanbevelingen uit de rapportage van het adviesbureau over de wachttijden op zijn polikliniek, maar met één aspect hadden de opstellers helaas geen rekening gehouden: de paardrijlessen van zijn dochter op dinsdag- en donderdagmiddag.... En zijn er nog wel een paar andere voorbeelden te noemen.
Maar goed.
We zijn inmiddels dus dertien jaar verder.
Ik moest met mijn vrouw naar de SEH van het ziekenhuis. Vrijwel direct na aankomst werd er een röntgenfoto gemaakt en ook bloed afgenomen. Vervolgens werden we naar een kamertje gebracht en daar begon het....
...het wachten.
We wisten niet eens helemaal precies waar we op moesten wachten. We vroegen het aan deze en gene maar helemaal helder werd het niet.
Na enkele uren kwam er een bijzonder aardig meisje, ongeveer de leeftijd van onze oudste dochter, het kamertje binnen en zij introduceerde zich als arts. Ze begon mijn vrouw uitgebreid te bevragen, iets wat een verpleegkundige enige uren eerder overigens ook al had gedaan (en ook de huisarts nog weer een paar uur eerder), maar goed, ieder zijn vak. Vervolgens stond ze weer op en meldde ons dat we nog even moesten wachten.
Dat vonden we verrassend.
Hetzelfde meisje kwam na nog eens een ruim uur opnieuw het kamertje binnen. Ze had gesproken met de arts, dat zal wel een soort opperarts zijn en die had besloten dat mijn vrouw toch maar moest worden opgenomen.
Ik voelde inmiddels nattigheid: "U bedoelt dat ze nu wordt aangemeld voor een plaatsing, maar dat er nog geen bed beschikbaar is?"
Dat klopte. Dus dat werd opnieuw wachten.
Ik besloot om in de tussentijd thuis even spullen voor mijn vrouw te halen en hier ook enige telefoontjes te plegen. Bij terugkeer vroeg ik aan een dame achter de receptie of mijn vrouw al op de verpleegafdeling was. Ze keek op het scherm van haar computer en begon driftig het één en ander in te toetsen.
Dat was ze.
Toch niet.
Ik moest nog éven wachten, meldde mij een, opnieuw, bijzonder aardig meisje die dit keer een verpleegkundige op de genoemde afdeling bleek te zijn.
Dat duurde toch nog ruim een half uur. Toen klonk de bel van de liftdeur en kwam mijn vrouw in een rolstoel de afdeling opgereden. Ze werd direct naar haar bed gebracht. Het was inmiddels vroeg in de avond en we hadden nog niets gegeten. Of mijn vrouw nog iets van een boterham kon krijgen...
Natuurlijk....
of we wel éven wilden wachten...
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten