woensdag 10 januari 2024

Kluns

 


9 januari 2024

Het is geen wereldnieuws en de kranten hebben er geen aandacht aan besteed. Als de soms wrede dood van kinderen, ouderen en andere onschuldigen al nauwelijks tot enige beroering leidt, dan begrijpen we dat een dode kat op onverschilligheid kan rekenen.

En toch is het gebeurt. Vanmorgen vroeg is Kluns overleden. En Kluns was een kat. Een bijzondere weliswaar, maar toch, een klein neefje van de leeuw en de tijger. Niet dat Kluns zich ook maar in de geringste mate kon meten met deze familieleden; hij heette niet voor niets Kluns.

Ik weet niet eens meer precies wanneer Kluns bij ons kwam. Het was in de tijd dat Anita als vrijwilliger hielp met het socialiseren van kittens die door hardvochtige baasjes waren gedumpt. Soms zaten ze in een doos, soms in een plastic zak, soms liepen ze wat rond in een park. Kluns zat in een plastic zak en lag in het water. We weten niet of hij nog broertjes of zusjes had, maar Kluns werd in ieder geval gered en naar het dierenasiel van Gouda gebracht. De bedoeling van het resocialiseren bij ons thuis was dat de kleine mormels gewend raakten aan menselijk contact en alles wat daarbij hoort. Dat was in ons geval drie opgroeiende kinderen, meerdere katten en drie honden, naast een wat wisselende veestapel als konijnen, hamsters of cavia’s . De verdere bedoeling was dat de kittens vervolgens weer naar het asiel zouden gaan om van daaruit te worden geplaatst in een, hopelijk, menselijker gezin als waar ze vandaan kwamen. Hoe dan ook, meerdere van deze kittens zagen het asiel niet meer terug: die bleven bij ons. Ik was dan ook blij dat Anita op enig moment stopte met dit vrijwilligerswerk.

Maar Kluns was binnen.

En hoe.

Ik heb van mijn leven nog nooit zo’n onhandige kat meegemaakt als deze. Een sprong op tafel of een kast, voor iedere kat een fluitje van een cent, betekende bij Kluns dat in de meeste gevallen hij vruchteloos weer op de grond stortte. Niet zelden trok hij van alles wat zich op de rand van de kast of tafel bevond, met zich mee omlaag. Ook had Kluns een onvermoed talent om zo te manoeuvreren dat hij een afstandsbediening onwillekeurig allerlei opdrachten gaf: de televisie ging uit of sprong op een ander kanaal of het geluid zwol aan zodat we allen gehoorschade dreigden op te lopen.

Het beestje bleef altijd onbewogen onder de chaos die hij steeds weer veroorzaakte.

Een ander fenomeen was de manier van eten. Waar iedere andere kat de brokken al happend naar binnen werkt, hengelde kluns met één nagel de brokjes uit het bakje en strooide die in het rond en vervolgens ging hij dan met zijn bek over de vloer om de brokken te verorberen. Niet zelden werd dit direct weer gevolgd door een golf niet verteerd eten dat zijn maag in de omgekeerde richting verliet.

Hij was ook aanhankelijk. Met Ginie, een voor iedereen en alle medepoezen onbereikbare rode poes, sloot Kluns een innige vriendschap. Samen rolden ze zich in elkaar op de bank of op een kleedje en Ginie werd hierbij uitgebreid door Kluns afgelikt. Ook de kleinkinderen konden altijd op de onverdeelde aandacht van Kluns rekenen. Waar alle andere katten en poezen niet weten hoe snel ze uit de buurt moeten komen van de grijpgrage vingertjes, Kluns liet het zich welgevallen.

Soms leek het wel of Kluns in de veronderstelling was dat hij een hondje was. Hij kon, samen met de andere honden, kwispelend om aandacht komen vragen en draaide met de honden, rondjes om ons heen. Ook als de honden eten kregen, was Kluns graag van de partij. De hondenmand was ook het domein van Kluns, al of niet samen met één van de honden.

Een bijzonder beestje dus.

Nog maar een paar weken geleden brachten we hem naar de dierenarts. Hij verzorgde zichzelf niet meer en zijn vacht bestond steeds meer uit flinke klitten. Als we een schaar pakten, maakte hij dat-i wegkwam. De dierenarts was bij Kluns altijd het laatste waar we aan dachten. We hadden namelijk al verschillende keren ervaren hoe dit zachtmoedige, vriendelijke beestje in één klap veranderde in een wraakzuchtige moordmachine als hij ook maar in de buurt van een arts werd gebracht. Zijn zachte poten waren maaiende klauwen (4 stuks!) geworden en de bek bleek gevuld met vlijmscherpe, snijdende tanden en kiezen. En waar Kluns anders de onhandigheid zelve was, was hij nu zeer doelgericht en trefzeker. Het was, zonder overdrijven, levensgevaarlijk en de enige manier om hem te helpen was dan ook onder volledige narcose.

Het was natuurlijk niet voor niets dat Kluns zich niet meer verzorgde. De onderliggende reden is ons echter nooit duidelijk geworden. Hoe dan ook, de afgelopen week zagen we hoe het beestje achteruit ging. Hij lag steeds vaker stilletjes in een hoekje en reageerde niet op eten of aanhalingen. De trap werd steeds meer een obstakel en ook de weg naar buiten vond hij steeds minder. Gister raakte Kluns in een coma. Hij moet een sterk hart hebben gehad want, ondanks dat zijn ademhaling steeds oppervlakkiger werd en het lijfje kouder, heeft hij het tot vanmorgen vroeg in de ochtend volgehouden. Toen was het voorbij. Het hartje stopte en het lijf verslapte.

Kluns is niet meer.

zaterdag 23 december 2023

Annelies

Vanmorgen was het aan mij om de laatste kerstinkopen het huis in te halen. 

Ik moest naar de slager voor het gourmetvlees en de salades. Hiervoor hadden we al eerder via hun website een bestelling gedaan en volgens het mailbericht dat volgde, moest ik me om 10.15 uur bij hen melden. Dat wil zeggen, bij de achteringang. Ik stond dus 10.05 uur voor de geïmproviseerde stand.

Voor mij stond een oudere dame. Ze wist niet precies hoe laat ze haar bestelling had moeten ophalen en dat was een probleem. Het hele systeem was erop ingericht dat de combinatie van naam en ophaaltijd de medewerkers feilloos bij jouw bestelling deed terecht komen. De dame werd verzocht een stap opzij te doen zodat de volgende klant kon worden geholpen. 

Dat was ik.

Ik kon de vrouw nu in het gezicht kijken en ik herkende Annelies. Annelies was, toen ik 25 jaar geleden in het ziekenhuis werkte, een collega van mij. Zij was hoofd neurologie en ik hoofd van de PAAZ. Door een reorganisatie begon er in het ziekenhuis een nieuwe wind te waaien. De verpleegkundig directeur verdween uit de organisatie. Hoofdverpleegkundigen werden managers (werkplekmanager!) en het ziekenhuis werd opnieuw ingericht op basis van de produktielijnen. Door stafafdelingen werden allerlei kostprijzen berekend en de organisatie zou voortaan volgens de laatste managementinzichten worden aangestuurd. Onze wereld zou voortaan door excel worden ingekaderd: een scherm vol grafieken en cijfers gaf de stand van zaken in de organisatie aan. We kwamen nog maar nauwelijks op de afdelingen.

Als hoofd van de PAAZ liep ik in een spijkerbroek en een erg wijde trui waarop bijvoorbeeld het koekiemonster was ingebreid. Maar die tijd was nu voorbij: managers liepen in pak of mantelpak. Ik leerde hoe je een stropdas moest strikken.

Zo niet Annelies. Zij bleef stug haar verpleegstersuniform dragen. Tijdens vergaderingen, waar de laatste produktiecijfers, de zorgelijke kosten doordat de artsen maar dure medicijnen bleven voorschrijven en het verwijsgedrag van huisartsen werden doorgesproken, kwam Annelies niet goed mee. Het hielp haar ook niet dat ze nauwelijks gevoel had voor de nieuwe werkelijkheid. We leken voor haar een andere taal te spreken. Ze verdwaalde.

Het duurde dan ook niet lang dat Annelies met pensioen ging. Haar afscheid was ongemakkelijk en bescheiden, maar ook indrukwekkend vooral door de grote groep verpleegkundigen die langskwam. Zij had hen de kneepjes van het vak geleerd. Zij had voor haar vak gestaan. Niet als protest of vanuit een tegendraads gebaar, maar omdat ze het zich niet anders voor kon stellen. Dit was wie ze was.

Inmiddels wordt binnen zorginstellingen de professional als basis gezien waarop een organisatie draait. De taal van de markt verbleekt geleidelijk en we beginnen ook te begrijpen dat de wereld maar een heel klein beetje maakbaar is door middel van jaarplannen en plan & controlcycli. Dat die verpleegkundige veelal heel goed aanvoelt hoe complexe situaties kunnen worden opgelost zonder teveel kosten te maken. Een wereld waarin de manager zijn rol een bescheiden aanvulling is op die van de professional. Een wereld waar van bestuurders een achtergrond als zorgprofessional wordt gevraagd.

Annelies herkende me niet toen ik haar groette. Ze was in de war over haar bestelling die niet gevonden kon worden: wat vlees voor de fondu. Voor vier personen.

 

vrijdag 25 november 2022

Nu kijken we nog in een wazige spiegel ... (1 Korinthiers 13: 12-13)

 Geen elektriciteit op deel Veluwe door stroomstoring

 

Nu zou je misschien denken dat, met de afspraken die de regering heeft gemaakt om deze winter niemand in de kou te laten zitten, de zaken wel geregeld zijn. Niets is minder waar. Voor een belangrijk deel hebben we dat natuurlijk ook zelf bedacht. Immers, servicebedrijven zijn in de vorige eeuw allemaal verzelfstandigd omdat we ervan overtuigd waren dat dit alleen maar goed zou zijn voor de consument: er zou concurrentie ontstaan en door de marktwerking zouden als vanzelf de bedrijven die leveren volgens de meest optimale prijs/ kwaliteit-verhouding als sterken overleven. 

Het bleek een sprookje en zoals met de meest sprookjes, het is gewoon niet waar. Marktwerking heeft maar zeer ten dele een reinigend vermogen en het hebzuchtige beestje dat hier aan de knoppen zit gebruikt het mechanisme ook om er zelf beduidend beter van te worden. Bovendien, de overheid heeft haar grip verloren en staat dan ook machteloos aan de kant.

Zie de discussie over de tarieven in de thuiszorg; de problemen op het spoor; de exorbitante prijzen voor het gas. Tegelijkertijd verdienen de verzekeringsmaatschappijen miljarden, evenals de energiereuzen en laten we de machteloze discussie over de bonussen voor de topverdieners in deze pyramide maar een keer onbesproken laten. 

Laten we terugkeren naar de mens. De jonge, alleenstaande moeder die inmiddels flesjes water in de supermarkt moet kopen om thuis de afwas te kunnen doen en via een verlengsnoer bij het buurmeisje vandaag nog elektriciteit krijgt. Zij heeft niets aan de bespiegelingen die hierboven staan. Zij worstelt dagelijks met de vraag hoe ze de kleren van haar dochtertje schoon krijgt en hoe ze aan het einde van de week nog geld over kan houden om eten voor het weekeinde te kopen.

23 november 2022 in één van de rijkste landen ter wereld.

Gelukkig trof ik via enkele kerken meelevende medemensen die fondsen hebben ingericht, juist om mensen als deze moeder te helpen. Ze zijn er gelukkig nog. Eén van deze fondsen vond ik bereid om de rekening van het water te betalen, zodat er weer water beschikbaar zou zijn. 

Hier vind je de tegenkracht: de mensen die stug doorgaan medemenselijk te zijn in een verkoelende wereld. Dit is mijn beeld van de hoop.

De rekening is een maand geleden betaald. En als je nu dacht dat bij het waterbedrijf iemand in de auto zou springen om de aansluiting zo snel mogelijk weer te regelen?

Nee.

Dit kostte toch weer enkele telefoontjes en na enkele weken was het dan eindelijk zover: er kon een afspraak worden gemaakt om de aansluiting opnieuw te realiseren. We zouden toch in volstrekte chaos terecht komen als we adhoc in dit soort situaties gaan handelen. Gewoon, keurig aansluiten in de rij en als de agenda een gaatje heeft, ben je aan de beurt. En ja, je moet wel zelf bellen voor een afspraak want we zijn zelf verantwoordelijk voor onze eigen aansluiting.

Electriciteit bleek een ernstiger probleem. Om te beginnen werd ik afgewezen als woordvoerder en dus is de schuldhulpverlener van de gemeente gaan bellen. Uit de blauwe lucht meldde de telefoniste van de energiemaatschappij dat de afspraak om mensen die reeds waren afgesloten, alleen geldt voor mensen die niet langer dan drie maanden eerder zouden zijn afgesloten. Deze jonge moeder was reeds bijna een jaar afgesloten.

De netwerkbeheerder, Stedin, was wel bereid om weer aansluiting te realiseren, maar dan moesten wel én de afsluit- én de aansluitkosten worden betaald. Dit ondanks dat er bepaald is dat er geen aan- en afsluitkosten gerekend mogen worden in deze uitzonderlijke periode.

We hebben dus een patstelling en het resultaat is dat, ondanks dat is bepaald dat niemand deze maanden afgesloten kan zijn, hier een moeder met een klein kind toch geen aansluiting kan krijgen.

Regels, want anders komen we toch echt in de chaos terecht.

Natuurlijk gaat er uiteindelijk een aansluiting geregeld worden, maar dan zijn we vele telefoontjes en vooral weken verder.

Dit is de samenleving die we met elkaar vormen.

Er moet nog veel gebeuren.

vrijdag 11 november 2022

Energielek

 Energieprijzen stijgen opnieuw: lage coronatarieven zijn verleden tijd

 Als schuldhulpmaatje begeleid ik al enige tijd een jonge niet-Nederlandse vrouw met een dochtertje van vier jaar oud. De vrouw spreekt vloeiend haar moedertaal, een beetje Engels en geen Nederlands. Het enige dat je haar kan verwijten waardoor ze in de schulden is gekomen, is dat ze indertijd een verkeerde partnerkeuze heeft gemaakt en toen deze relatie werd verbroken, zij vast kwam te zitten in een huurwoning die voor haar inkomen veel te duur is. Haar inkomen zelf is echter niet echt slecht, zodat ze buiten alle ondersteunende regelingen valt. Na het betalen van de huur, houdt ze stelselmatig te weinig over om én de kosten van het levensonderhoud te dragen en haar vaste lasten te betalen.

Ze is dus terecht gekomen in het Nederlandse moeras van schulden. Want tja, als je schulden krijgt dan heb je ook al snel boetes te pakken doordat we nu eenmaal stug blijven volhouden dat het krijgen van schulden vooral je eigen schuld is of een kwestie van karakterloosheid. Omdat onze politieke voormannen en vrouwen al enkele decennia bezig zijn naar rechts op te schuiven, mijn eigen partij verloor al lang geleden haar ideologische verenkleed, is dit beeld van schuldenaren zelfs nog vaak wat scherper: het zijn fraudeurs die dus ook keihard moeten worden aangepakt. Gelukkig begint dit beeld wel wat te kantelen, maar de ingesleten beelden zijn hardnekkig. Dus het domweg niet kunnen betalen van een zorgverzekering, levert je een maandelijkse boete op. Hiermee los je niet je opgebouwde schuld af, nee, je komt onvermijdelijk nog verder in de problemen terecht. Als je de energierekening niet kan betalen dan moet je, hoe cynisch wil je het hebben, de kosten betalen van jouw afsluiten van energie. Mocht je na veel pijn en moeite weer wat ruimte hebben om de kachel weer te laten branden, dan mag je opnieuw betalen, maar nu voor het weer opnieuw aangesloten zijn op het netwerk. En zo kan ik nog wel even doorgaan met voorbeelden die mij vaak last doen hebben van plaatsvervangende schaamte, als bevoorrecht burger in één van de allerrijkste samenlevingen ter wereld. 

We houden niet van arme mensen.

Hoe dan ook.

Met het stijgen van de energieprijzen, naast de stijging van alle andere prijzen, begon het in Den Haag langzaam door te dringen dat er misschien wel eens erg veel mensen deze winter in de kou terecht zouden kunnen komen. Naast een financiële tegemoetkoming, werd ook besloten dat mensen niet afgesloten mochten zijn van het energienetwerk. Ook niet als ze al afgesloten waren voordat de maatregelen van kracht werden.

Dat was een hoopvol bericht voor de jonge moeder. Immers, ze was inmiddels zowel van het electra als ook van het water afgesloten. Electra kreeg ze nog doordat een vriendelijke buurman haar, via een verlengsnoertje, electriciteit van hem liet aftappen. Anders had ze al maanden in het donker gezeten.

Gelukkig vond ik een kerkelijk noodfonds (er zijn kerken die het begrip charitas ook daadwerkelijk in praktijk brengen door armlastigen, ook als ze niet tot hun kerk behoren, financieel te ondersteunen) bereid om de achtergebleven kosten van het water te betalen, zodat ze weer de beschikking kreeg over water.

Doordat de afsluiting van energie niet langer mag, stuurde ik een mailbericht naar Innova-Energie met het verzoek deze jonge moeder en haar kind weer toegang te geven tot het energienetwerk. Ik stuurde het mailbericht zelf omdat de vrouw moeizaam kan communiceren in het Engels en zeker niet in het Nederlands. 

Innova deed er precies een week over om met haar antwoord te komen: 

"U bent niet bekend voor ons als contactpersoon voor de klant en u heeft ook geen machtiging verstuurd. Wij kunnen uw vraag niet beantwoorden."

Op de keeper beschouwd, heeft deze energieleverancier natuurlijk gelijk. Tegelijkertijd: ze weten dat het over een moeder met een klein kindje gaat en ze weten ook dat ze geen Nederlands spreekt. Ook weten ze heel goed dat ze uiteindelijk de aansluiting zullen moeten realiseren.

De rechtlijnigheid spat hier van af.

Opnieuw had ik last van plaatsvervangende schaamte.



woensdag 21 september 2022

kombijdepolitie.nl

What we can learn from Sisyphus and his rock | by Chhavi Kumar | Medium


Eén van de belangrijkste zorgen die mij plaagt in mijn vak als zorgbestuurder, is de krimpende arbeidsmarkt. Een wat ingewikkelde manier om te zeggen dat we van gekkigheid soms niet meer weten hoe we aan voldoende personeel moeten komen om de kwetsbare ouderen in onze huizen te verzorgen. We zetten de deuren wijd open en als iemand bij ons wil solliciteren is alles erop gericht dat er zo snel mogelijk wordt gehandeld want de sollicitant heeft immers de ruime keuze tussen vele andere zorginstellingen die hen met open armen zullen ontvangen. Dus kan iemand online een CV insturen, direct een meeloopmoment inplannen en mag dan ook verwachten dat het contract, bij wijze van spreken, al klaar ligt als ze enthousiast is. Bovendien wenkt het perspectief van verder kunnen leren op kosten van de organisatie.

Het lukt overigens nog steeds heel redelijk om hierin samen met de andere zorginstellingen op te trekken, zonder dat er een onderlinge, moordende concurrentie ontstaat. We realiseren ons maar al te goed dat een dergelijk pad niet werkt. Uiteraard mag iedereen zichzelf profileren als de beste, de leukste, de meest interessante werkgever, maar (heel eerlijk gezegd) is er eigenlijk niemand die zich hierin echt onderscheid van de anderen. Not done is wat een collega enkele jaren geleden deed en die door grote advertenties op de streekbussen liet weten dat wijkverpleegkundigen bij hen méér verdienden dan bij alle andere thuiszorgorganisaties. Ook het initiatief van Buurtzorg om, buiten de CAO-afspraken om, uit eigen zak de medewerkers een salarisverhoging te geven, heeft geen navolging gekregen.

De zorg zal moeten concurreren met de andere sectoren om aan voldoende medewerkers te komen. We weten dat vrijwel iedereen worstelt met een groot tekort aan potentiële, nieuwe medewerkers: de horeca, de bouw, de tuinbouw, scholen, overheid en ook de politie.

Mijn zoon besloot enkele maanden geleden, na een carrière in, onder andere de beveiliging en acute psychiatrische zorg, tot een overstap. Hij solliciteerde bij de politie. Ook mijn schoonzoon besloot tot deze verandering na vele jaren als kok te hebben gewerkt.

Het bleek een ware Sisyphusklus *) te zijn.

De procedure begon met het insturen van een brief met CV, waarop hij werd uitgenodigd voor een gesprek en, aanvullend, een intelligentie- en taaltest. Na enkele weken vond opnieuw een gesprek plaats met iemand van personeelszaken, de intake. Als deze steen boven op de berg ligt, volgt een conditietest. Wanneer deze met goed gevolg is afgelegd, onderga je een psychologisch onderzoek en wordt je het vuur aan de schenen gelegd. Weet je de psycholoog te overtuigen van je goede intenties en je uitmuntende persoonlijkheid, volgt nog een medische keuring (waardoor alle voorafgaande stappen opeens zinloos kunnen blijken) en tenslotte een screening om te onderzoeken of je geen relaties met criminele organisaties hebt.

Pas op, al deze stappen gebeuren dus na elkaar met steeds een periode van dagen tot weken ertussen. Je bent, als alle stenen boven aan de berg liggen, in ieder geval al zes (6!!) maanden verder.

Mocht je op een onderdeel struikelen, dan kun je dit soms over doen of je moet de hele procedure weer opnieuw beginnen. 

Nu komt het mooiste: na dit alles is de politie bereid om je op te nemen in haar organisatie. Alleen, voor zij-instromers geldt: zij hebben vaak al een carrière achter de rug, hebben een relatie en mogelijk ook al kinderen, ze hebben hun vaste lasten ... En nu pas kan hierover worden gesproken, met als risico dat de sollicitant tot de ontdekking komt dat het financieel helemaal niet haalbaar is om deze overstap te maken.

Ik begrijp heel goed dat de politie een zorgvuldige procedure heeft om haar gelederen bij de instroom zuiver te houden. Of dit zes maanden moet duren, betwijfel ik want veel is in tijd te concentreren of gelijktijdig op te pakken. Het allerbelangrijkste lijkt mij echter dat men vooral leert denken vanuit de wereld van de sollicitant.

In ieder geval verwacht ik op deze wijze als zorgbestuurder, weinig concurrentie van de politie als het om nieuwe medewerkers gaat.


*) Sisyphus is een mythologisch persoon die, als straf van de Griekse goden, een zware kei een berg op moet duwen. Iedere keer als hij bijna boven is, rolt de kei omlaag en moet hij opnieuw beginnen.

vrijdag 1 april 2022

Dag - boeken

 


Het is nu ruim 20 jaar geleden dat mijn zusje kwam te overlijden.

Kanker.

Of beter gezegd: een hersenbloeding, want door het gebruik van experimentele medicatie en de stamcellen uit het bloed van mijn broer, waren de kankercellen vrijwel verdwenen. Ze lag al sinds oudejaarsnacht van de eeuwwisseling in een medicamenteus coma en mijn ouders zaten hoopvol naast haar bed te wachten op haar ontwaken. Hoopvol, omdat de bloedwaarden en andere onderzoeken uitwezen dat de medicatie zowaar haar wonderlijke werking deed: de kanker werd door haar lijf verdreven.

En toen kwam dus die rampzalige dag in januari een hersenbloeding. Het was hopeloos en binnen een paar uur verdween mijn zusje naar de eeuwigheid. Mijn ouders radeloos en verbijsterd achterlatend.

In het academisch ziekenhuis in Basel, Zwitserland. Want in die stad had ze als musicus een warm thuis gevonden tussen vele zielsgenoten: zangers, fluitisten, kunstenaars en andere jongeren die letterlijk iets van het en hun leven maakten.

Ze was nog net geen 34 jaar oud.

Het is een wonderlijk verhaal, dat van mij en mijn zusje. Ze was vier jaar jonger en dat is voor kinderen een eeuwigheid. Ik had mijn eigen vrienden en mijn eigen leven. Uit mijn jongere jeugd heb ik weinig herinneringen aan mijn zus. Ze was er, maar op de achtergrond. Pas toen ze het huis verliet, ze ging studeren aan het conservatorium en wonen in Den Haag, drong ze zich geleidelijk aan steeds meer naar voren. 

We verschilden in vele opzichten. Ik, belezen, rationeel en met weinig grijstinten in mijn denken; Mignon, belezen, intuïtief en met een diepgang in haar denken die mij soms deed duizelen. Ik maakte al jong carrière en liet mijn drang naar poëzie en een leven als dichter, los (en zat op mijn 32e in de directie van een groot ziekenhuis); Mignon koos radicaal en zonder enige concessie te doen voor de muziek en leed een leven van schnabbelen om aan geld te komen en om muziek te kunnen maken. 

We hadden ook overeenkomsten, zoals de drang om te schrijven om onze ervaringen te kunnen verwerken. Mignon schreef dagboeken, maar die discipline heb ik nooit op kunnen brengen. De harde schijven van mijn computers staan vol met gedichten, sprookjes, aantekeningen, verhalen en losse flodders; later begon ik het schrijven van blogs.

Mignon had vele vrienden en vriendinnen en één van hen kreeg na haar overlijden, de dagboeken thuis. Ik ben hier niet helemaal zeker van, maar het staat mij bij dat Mignon dit zo wenste. Ik heb het mijn vader nog nagevraagd, maar ook hij kon het zich niet goed meer herinneren.

De kwestie is actueel omdat ik deze week, via mijn schoonzus, een bericht kreeg doorgestuurd dat diezelfde vriendin, na lang wikken en wegen, blijkbaar had besloten om de dagboeken van mijn zusje te verscheuren.

Omdat het persoonlijke aantekeningen betrof en daar zou niemand iets mee te maken hebben.

Ik moest denken aan de dagboeken van Anne Frank, Etty Hillesum, Franz Kafka en nog zo een paar die nooit hadden bedacht dat een wereldwijd publiek kennis zou nemen van hun meest intieme gedachten, maar die de wereld hebben verrijkt met inzichten die anders voor altijd verloren zouden zijn gegaan.

Ik moest denken aan de vele gesprekken die ik met mijn zusje voerde via de telefoon, waarin zij mij vaak met haar intuïtieve opmerkzaamheid een weg toonde die ik uit het oog was verloren. Zo vroeg ze mij eens, toen ik wat gefrustreerd over van alles en nog wat, of ik de weg "binnendoor" nog wel eens bewandelde. Of ik nog wel eens via gebed in contact kwam met mijn diepste zelf. Of ik nog wel eens in al mijn kwetsbaarheid durfde om iets te vragen...

Ik moest denken aan de spaarzame artikelen die van haar bewaard zijn gebleven. Zo is er het artikel waarin ze schrijft over ongelovige Thomas, naar aanleiding van een schilderij dat ze in een museum in Basel had ontdekt en waar ze mij mee naar toe nam omdat het zo'n indruk op haar maakte. Inmiddels lees ik "Raak de wonden aan" van Tomas Halik, een Tsjechische priester en theoloog en hier lees ik precies de gedachtendiepgang die ik indertijd ook bij Mignon beluisterde wanneer zij sprak over Thomas.

En nog steeds is ze voor mij onbereikbaar. Als ik haar muziek beluister, ze koos ook hier radicaal voor modern klassiek met nieuwe toonintervallen en het experiment met geluid, ben ik haar weer kwijt. En toch moet er een lijn zijn die haar verbindt met deze, voor mij, onbegrijpelijke wereld.

Maar enfin.

De laatste mogelijkheid om hierover met haar in contact te treden, is verloren. De mogelijkheid om nog eens te kunnen genieten van haar diepgang en, ongetwijfeld ook haar nukken en bokkenpruiken, is verdwenen. 

De aanvankelijke boosheid is weggeëbd: dat was vooral onmacht omdat er geen enkele mogelijkheid is geweest om hierover van gedachten te wisselen. Het is gebeurd. Heb ik er begrip voor? Geen enkele. Het is alleen maar verder verlies.

Zonde.

vrijdag 25 februari 2022

Computer says no ...


Lang, lang geleden waren er banken die met je meedachten. Dat was fijn omdat je als klant nu eenmaal niet zo veel verstand had van bank- of financiële zaken. Zo kon het gebeuren dat de bankmedewerker je thuis opbelde om je te waarschuwen dat er iets niet helemaal goed ging. 

Maar dat was vroeger.

Inmiddels zijn ook onze banken gemoderniseerd en hebben ze veel tijd en geld gestoken in het automatiseren van processen en het aantrekken van vele juristen die ervoor hebben gezorgd dat ze vrijwel nooit meer ergens voor aanspreekbaar zijn. 

Op een enkele waaghals en moedig individu na, lopen we allemaal om deze grootheden heen alsof het nu eenmaal zo hoort. En zolang het allemaal goed gaat, is er ook niet zoveel aan de hand. En, laten we eerlijk zijn, gelukkig gaat het in de meeste situaties ook gewoon goed.

Laat ik u niet langer in verwarring laten, geliefde lezer.

Ik heb bij de aankoop van mijn huis, een hypotheek afgesloten bij de Ing-bank en tegelijkertijd via de verzekeringsafdeling van dezelfde bank een woonhuisverzekering afgesloten. Hiervoor heb ik een apart rekeningnummer bij de Ing afgesloten (want mijn andere bankzaken lopen via een andere bank) en hier stort ik maandelijks voldoende geld op om zowel de hypotheek als enkele premies van verzekeringen die met mijn huis te maken hebben, worden betaald.

Door de storm van afgelopen week, werd het dak van mijn dakkapel afgeblazen. Stormschade. Keurig opgegeven bij de verzekeraar, want we hebben dus een woonhuisverzekering.

Dacht ik.

Tot mijn stomme verbazing bleek mij echter dat deze verzekering in maart vorig jaar al was stopgezet. We waren helemaal niet verzekerd.

Wat is er gebeurt?

Omdat ik geen gebruik maak van de Ing-rekening, heb ik bij de verhuizing verzuimd om onze adreswijziging door te geven.

Stom en natuurlijk ook mijn fout, maar, aan de andere kant... het kan gebeuren, niet?

In maart vorig jaar is er iets niet goed gegaan bij de betaling van de premie. In april en mei is de premie overigens weer keurig overgemaakt. In de tussentijd zijn er een betalingsherinnering en een aanmaning verzonden...

naar ons oude adres.

Die zijn als onbestelbaar retour gekomen (wist de meneer van de Ing, die ik sprak, te vertellen).

Vervolgens is de premie van april en mei teruggestort en zijn we uit de verzekering gegooid.

Dit ontdekten we dus toen we de stormschade opgaven.

Ik vroeg de man van de Ing hoe dit mogelijk was: mijn telefoonnummer is nog hetzelfde (zowel vast als mobiel), mijn emailadres was zeker nog een half jaar na maart hetzelfde, de polis staat op ons nieuwe adres. Kortom, mogelijkheden genoeg voor de Ing om ons te waarschuwen dat er iets niet goed ging:

"Omdat het proces volledig is geautomatiseerd."

Er komt geen mens meer aan te pas.

Stomverbaasd merkte ik op dat ik dus een jaar onverzekerd ben geweest en dat ik er dus achter ben gekomen door stormschade (die financieel te overzien is). Het huis had wel afgebrand kunnen zijn en dan hadden we diep, zeg maar levenslang, in de financiële problemen gezeten.

Tja, zo merkte de man van de Ing op: u had dan ook uw adres moeten wijzigen.

Ik vroeg hem of hij dit tot elkaar in verhouding vond staan: een vergeten adreswijziging en de mogelijk bijzonder ernstige consequentie van het niet verzekerd zijn....

Hier ging hij wijselijk maar niet op in. Want ja, de tijd dat de bankmedewerker mee mocht denken ligt nu eenmaal achter ons.

Aansluitend op mijn gesprek met de Ing heb ik een jurist van Vereniging Eigen Huis gebeld. Ik vertelde hem dat het mij vooral ging om het feit dat ik een jaar lang onverzekerd ben geweest en dat ik me hier nooit bewust van was geworden, als ik niet toevallig wat stormschade had opgelopen. In mijn optiek, met alle mogelijkheden die de Ing had om mij te waarschuwen, een onverantwoorde situatie. Ook legde ik uit dat ik heus wel begreep dat ik ook een eigen verantwoordelijkheid had, maar dat ik mijn fout niet in verhouding vond staan met de mogelijke consequenties.

Tja, dat werd dus een gevecht a la Don Quixote: deze bank had haar automatiseringsproces volledig op orde en het ging zo weinig fout, die gingen zeker geen veranderingen doorvoeren op basis van deze casus. Juridisch zat het helemaal dichtgetimmerd. 

Van de bank die met u meedenkt naar "computer says no..."

Leve de vooruitgang.