zaterdag 11 februari 2012

Papieren monsters



we hebben het met elkaar bedacht. Althans, volgens de regels der kunst moet het zo werken.

De tweede kamer vertegenwoordigt de stem van het volk.

Dat zijn wij, dat volk.

Wij hebben op deze dr's en drs'en gestemd en deze dames en heren houden zich 4 jaar lang onledig met het bedenken van allerlei regels en bepalingen. Zij mogen namelijk in ons land de wetten maken. En vervolgens komen diezelfde dames en heren in de media, het liefst op de televisie en dan nog het liefst bij Pauw en Witteman, uitleggen dat het onze wil is, de regels die ze hebben bedacht.

Zo ongeveer werkt dus democratie.

En tja, op die manier hebben we dus in de gemiddelde zorginstelling vele vierkante meters aan opslag nodig voor de medische en zorgdossiers.

Die moeten namelijk 15 jaar worden bewaard.

Laten we eens wat rekenen. Stel dat een zorgdossier van een overleden of ontslagen cliënt gemiddeld 5 centimeter dik is. Dat lijkt veel, maar is het gevolg van een meestal maanden- of zelfs jarenlange opname. Dus die 5 centimeter heb je zomaar te pakken.

Het verpleeghuis in ons voorbeeld heeft 300 plaatsen. Gemiddeld overlijden er 150 mensen in een jaar. Schrik niet van het aantal maar bedenk dat de gemiddelde leeftijd in een verpleeghuis al snel rond de 88 jaar ligt. Dat betekent dus 150 X 5 centimeter = 750 centimeter, is dus 7,5 meter per jaar. Over 15 jaar hebben we het dus over ruim 112 meter aan dossiers die moeten worden bewaard.

De meeste instellingen huren ergens ruimte. Dat kost geld.

Ook moet het geheel zo worden opgeborgen, dat het ook weer terug te vinden is. Dat kost dus een archivaris. Bovendien moet iemand ieder jaar dossiers van 15 jaar + 1 laten vernietigen door een gespecialiseerde papiervernietiger en zodoende weer ruimte maken voor frisse dossiers. Kost allemaal geld.

Maar het kan nog gekker.

Bijvoorbeeld dokters die vinden dat zij de wet bepalen.

Ooit liep ik in de kelders van een ziekenhuis waar ik werkte. De kelders stonden afgeladen vol met dossiers. Ik betwijfel of de brandweer hier ooit had rondgelopen, want bij brand zou het hele gebouw als door een gigantische allesbrander snel worden opgewarmd. Maar goed.

De dossiers waren vaak veel ouder dan 15 jaar. De administrateur vertelde me dat enkele doktoren hem hadden verboden om dossiers na 15 jaar te vernietigen. Niet dat ze er ooit naar omkeken, maar het gaat in dit soort bepalingen meestal niet om redelijkheid. Dat was al vele jaren een sluimerende bom. En nu was het een acuut probleem: de kelders moesten leeg en het archief naar een afgehuurd kantoorpand op een industrieterrein. Maar op deze wijze hadden we minstens 5 kantoorpanden nodig.

Die nacht bleek een brandslang kapot te zijn gegaan. Er was flinke waterschade en de meeste dossiers waren waardeloos geworden.

De kelders waren nu snel opgeruimd.

donderdag 9 februari 2012

Kiwi



Gisteravond zag ik op televisie een interessante scene voorbij komen. Een, blijkbaar, Bekende Nederlander (sinds iedere commerciële zender haar eigen stal bekende nederlanders beheert en het aantal explosief is toegenomen, hou ik het niet meer bij. Deze wereld is voor mij bij Mies Bouman en Freek de Jonge opgehouden met draaien), stak,  in een winkel, voor meerdere mensen zichtbaar, enkele flesjes lippenstift in haar jaszak.

Een dame sprak spontaan een winkelmeisje aan. Vervolgens moest diezelfde dame haar beschuldiging herhalen tegenover de voor velen (behalve voor mij dan) bekende Nederlander.

Het werd een beschamende scene. De arme vrouw kronkelde en leek buigbewegingen te maken. Ze friemelde wanhopig met haar handen en uiteindelijk bracht ze een hand voor haar mond en herhaalde wat ze had gezien. Ze was vuurrood geworden.

Deze vrouw was bezig om door een voor haar dwingend taboe heen te breken. Bekende Nederlanders stelen niet. Ze kón het helemaal niet gezien hebben. Haar ogen moesten haar bedrogen hebben. Haar mond herhaalde zonder veel overtuiging de beschuldiging, haar lijf gilde "het is niet waar, ik geloof het zelf niet!"

De opluchting toen het allemaal een wat suffe grap bleek te zijn, was enorm. De dame vocht tegen haar tranen.

Het valt niet mee om te vertrouwen op wat we zien.

Vorig jaar reed ik met mijn vrouw door Nieuw Zeeland. Mijn vrouw reed en ik keek om me heen. Opeens zag ik in de berm, naast de auto, in een flits, een bruinige loopvogel. Geen verenkleed, het leken wel haren.

"Een kiwi", riep ik uit.

Het beestje was natuurlijk allang weer verdwenen in de bosjes.

Wie ik het verhaal later ook vertelde, iedereen verklaarde me voor gek. Een kiwi liet zich niet zien, nooit, echt nooit. Al helemaal niet midden op de dag. Ik kón het domweg niet gezien hebben. Het zal wel een andere loopvogel, er zijn er meerdere in Nieuw Zeeland, geweest zijn.

Nu kan ik het verhaal natuurlijk stug volhouden.

Maar dan word ik eigenwijs gevonden.

Nu word ik meestal al eigenwijs gevonden, maar dat vergroot mijn geloofwaardigheid niet. Ik blijf een eigenwijze sukkel die beweert iets gezien te hebben wat je helemaal niet kan hebben gezien.

Een zonderling.

Ik hou het verhaal maar bij me.

Nou ja, laten we afspreken dat u, lezer, het niet verder verteld....