vrijdag 14 september 2012

Deurbel



De deurbel ging.

Voor me stond een jongeman die me opgewekt aankeek.

Enthousiast begroette hij me. Hij spreidde zelfs zijn armen.

Ik keek hem peinzend aan.

"Volgens mij ga je mij iets verkopen..."

Hij onderbrak zijn vreugdekreten en keek me schalks aan.

"Ik kom u een dienst aanbieden..."

"Dat bedoel ik...doe toch maar liever niet."

Ik glimlachte nog even naar hem en sloot de deur. Vanuit de huiskamer zag ik hem de straat oversteken. Mijn overbuurvrouw was sneller klaar. De deur sloot vrijwel onmiddellijk. Hij liet zijn gespreide armen weer zakken en liep naar het volgende huis. Haar buurman deed de deur slechts op een kier open. De armen van de jongen waren nog maar halverwege, toen de deur alweer was gesloten. Hij liet de moed niet zakken en vervolgde zijn weg verder de huizen langs.

Onze straat kent ongeveer 50 huizen. In dit tempo zou hij binnen het uur alle huizen hebben gehad. Ik vroeg me af of hij ergens überhaupt aan zijn verhaal zou toekomen. Die enkele keer dat ik me heb laten overvallen, ging het om het slijpen van scharen, het vegen van de schoorsteen of koekjes door de scouting gebakken en voor het goede doel verkocht.

Eén keer heb ik me laten overhalen. Een schoorsteenveger en wij hebben een houtkachel. De schoorsteen was al enige tijd niet geveegd. Dus hij zou de volgende ochtend komen.

Natuurlijk, ik kreeg op mijn kop. We bleken een vaste afspraak te hebben met een schoorsteenveger. Die zou over een paar weken langskomen.

Maar goed, ik had de afspraak al gemaakt en de volgende dag stond er een volkomen aftandse en smerige bestelwagen voor de deur. De twee mannen die vervolgens aanbelden, spraken onderling met een onbegrijpelijk zuidelijk accent en lachten grinnikend met hun gedeeltelijk tandeloze monden. De man die de vorige avond voor de deur had gestaan, was nergens te bekennen. Ze liepen door het huis heen naar de zolder. Ze hadden niets bij zich.

Dat vond ik vreemd. Meestal werkt de schoorsteenveger vanuit de huiskamer. En met blote handen veeg je geen schoorsteen. Ik stond dus buiten om naar hun werkzaamheden op het dak te kijken. Dat hadden ze niet in de gaten. Tot mijn verbazing trokken de mannen de dakpannen van hun plaats en trokken er iets onder vandaan en gooiden dit naar beneden. Ik kon nog net op tijd wegspringen. Vervolgens kwam één van hen de trap weer af. Hij grinnikte niet meer en keek bedachtzaam. Hij vroeg me of we wel eens last hadden van lekkage. Dat ontkende ik. Onbegrijpelijk, zo schudde hij zijn hoofd. Hij maakte omstandig duidelijk dat het dak in een zeer slechte conditie was en keek me trouwhartig aan.

"U bedoelt dat stuk dat u net onder een dakpan vandaan heeft getrokken?"

De man viel even stil. Niet lang want hij stak opgelucht zijn hand op. Dat was toevallig. Ze hadden van een klus die ze gister hadden uitgevoerd, nog wat restmateriaal in de auto liggen. Dat was precies wat er nodig was. Voor een zacht prijsje zouden ze het wel voor me fixen.

Bleef mij onduidelijk wat ze nu precies onder die dakpan vandaan hadden getrokken en wat het verband was met het vegen van de schoorsteen.

De man begon nattigheid te voelen.

Mijn vrouw ook. Ze stond nadrukkelijk voor mij in de huiskamer in zicht. Ze schudde langzaam haar hoofd.

Nu begon ook ik nattigheid te voelen.

De boodschap was glashelder. Ik bedankte de man voor het onderzoek maar besloot dat ik toch maar geen gebruik wilde maken van hun diensten.

Hij haalde vermoeid en zuchtend over zoveel domheid zijn schouders op. Er ging een kreet naar boven en even later stommelde zijn collega de trap af.

Met een vette rookpluim uit de uitlaat, reden de twee de straat weer uit.

Mijn vrouw deed er het zwijgen toe. Ze keek me alleen even met opgetrokken wenkbrauwen aan. Ze wees naar de tafel waar het telefoonnummer lag van onze vaste schoorsteenveger. Hierna ging ze verder met het lezen van de krant.

Onze schoorsteenveger kwam nog dezelfde dag even langs.