maandag 23 juli 2012

Beauty is in the eye of the beholder...



Eén van de mooiste attracties in Parijs is de Mona Lisa.

Alhoewel ze kan strijden om deze eer met de Venus van Milo.

Gelukkig staan beide dames in het Louvre. Wel een flink stuk van elkaar verwijderd want anders wordt het haat en nijd tussen beiden.

Ze verschillen nogal in leeftijd, ruim 1600 jaar, maar dat doet niets af aan de status van schoonheid die beiden omkranst. Ze hebben wel verschillende wapens, de één verleidt ons met een wat geheimzinnige glimlach, de ander gooit vrij plompverloren haar borsten in de strijd. Het effect is hetzelfde, enorme menigten bijna hysterische bewonderaars drommen zich voor hen en staren naar ze. Soms staat er een gids bij die, volstrekt zinloos, probeert nog iets over hun achtergronden te vertellen.

Niemand luistert.

Vrijwel iedereen houdt een fototoestel, GSM of, sinds enkele jaren een Ipad of andere tablet omhoog en fotografeert de dame in kwestie. Zoals zowel Mona als Venus al ettelijke miljoenen keren gefotografeerd moet zijn en deze foto's zijn massaal en gratis van internet te plukken. Toch maakt vrijwel iedereen zijn eigen foto.

Het liefste met iemand ervoor: moeder, vrouw, vriendin.

Zodat thuis nog eens stiekum kan worden beoordeeld op welke punten het gefotografeerde eigen object van liefde faalt ten opzichte van de eeuwige schone.

Stiekum, want hardop zal steeds worden geroepen dat hij toch liever zijn eigen vrouw of vriendin heeft of dat zijn moeder er nog altijd een stuk beter uitziet.

Leugenaars.

Want dat is waar het toch de meesten om gaat. Mooi is dat zichtbaar bij Venus. Een beeld. Driedimensionaal. Je kan er dus omheen lopen.

Doet niemand.

Iedereen staat aan de voorzijde.

De kunstenaar, die haar creëerde, had haar net zo goed kunnen tekenen. Had hem een heleboel moeite bespaard. Niemand is geïnteresseerd in de achterzijde. Alhoewel die ook zeker het bekijken waard is.

Maar dat vind ik.

Een paar dagen voordat ik naar het Louvre ging, hoorde ik op de radio dat enkele Italiaanse archeologen
het, naar hun overtuiging, lichaam hadden gevonden van de vrouw die ooit voor Leonardo da Vinci had geposeerd. Dat schilderij zou uiteindelijk als "Mona Lisa" of "La Joconde" de sterrenstatus verwerven.

Die arme archeologen hebben er niets van begrepen.

Dat interesseert geen hond. Mona Lisa heeft h-e-l-e-m-a-a-l niets meer te maken met de dame die ooit voor haar model heeft gestaan. Al was het de koningin van Sheba of de hoer van Babylon geweest, Mona Lisa is de Mona Lisa. En niemand anders.

Het ergste was nog dat ze erbij vermelden dat vlakbij het skelet van deze dame, de restanten van haar kinderen lagen. In een klooster....

De Mona Lisa heeft geen kinderen en heeft al helemaal niets met een klooster te maken.

Stiekum denk ik: "Wat als het schilderij van de Mona Lisa nu eens hangt tussen die honderden, overigens prachtige schilderijen in de Italiaanse zalen van het Louvre?"

Zou dan iemand van die dagelijkse horde haar hebben opgemerkt?

Ik weet het zeker: die ene die haar opmerkt, is ook degene die beslist anders naar zijn geliefde kijkt.

Die vergelijkt niet maar kijkt... en ziet....

Kafka op zijn Frans is een vriendelijke lokettiste



De afgelopen dagen was ik met één van mijn dochters in Parijs.

Het waren aangename dagen.

Daarover gaat dit bericht niet. Toch is de opmerking dat ik in Parijs was van belang. In Parijs heb je namelijk het vraagstuk van vervoer.

Parijs is een grote stad.

Ze heeft ook een uitgebreid metronetwerk. Voor een toerist is de metro dan ook al snel het uitgesproken antwoord op het vervoersprobleem. En voor toeristen hebben ze iets bedacht. Een metrokaartje dat 2, 3, 4 of 5 dagen geldig is. Natuurlijk afhankelijk van het aantal dagen dat je in de stad verblijft.

De kaartjes zijn verkrijgbaar aan een loket waarboven "Information et tickets", staat. Je kan ze ook uit de muur trekken met behulp van je creditkaart. Dat is blijkbaar een ingewikkelde procedure want er gaat nogal eens iets fout. Ik heb toeristen wanhopig zien worden achter de machine: kaart ingeslikt of de procedure moest voor de 4e keer over of...Eromheen staan behulpzame jongemensen met een shirt waarop "service" staat. Zij helpen maar weten het ook niet altijd.

Ik stond het spektakel even te bekijken en besloot tot het face-to-face contact: het loket. Dat leek me een veiliger optie. Want om nu op de eerste dag van je verblijf je creditkaart al kwijt te raken...

Dit bleek een boeiende keuze. De rij was immens. Van de 4 loketten was er eentje open. Hierachter zat een vriendelijke dame die zich, in al het gemopper, geleuter en onverstaanbare koeterwaals van mensen uit alle gebiedsdelen van de wereld, haar humeur niet liet bederven.

Voor ons had zich een exotische groep mensen verzameld: Indiërs, Afrikanen, Amerikanen, Nederlanders en zelfs Fransen. Niemand, behalve natuurlijk de Fransen, sprak Frans en de dame achter het loket sprak uitsluitend Frans. Van sommigen betwijfelde ik of de vraag wel over de metro ging. De dame achter het loket probeerde dan proestend iets duidelijk te maken, met behulp van foldertjes, geschreven teksten en getallen, handgebaren aan de verbijsterde toerist voor haar loket. Die keek dan bedremmeld om zich heen. In het ongunstigste geval schoot een familielid die buiten de rij stond, te hulp. De verwarring werd dan alleen maar groter, waarop nog meer familieleden toeschoten. Op de één of andere manier lukte het de dame achter het loket steeds om tot een bevredigende afronding van de chaos te komen en vertrok het hele span de duistere diepten van het metrostelsel in.

De Fransen in de rij stoorden zich. Om de één of andere reden is het voor hen een onbegrijpelijk gegeven dat er mensen op de aardbol zijn die geen Frans spreken en die toch Parijs willen bezoeken. Die zouden zelfs inburgeringscursussen voor toeristen willen. Met rollende ogen en grootse gebaren bekritiseerden ze het gedoe in de rij voor hen.

Soms gaf iemand het op. Meestal besloot zo iemand om dan toch maar de gok van de automaat te wagen. Deze rij was beduidend korter, maar de wachttijd was zonder enige twijfel veel langer. De mens is echter nogal eens verrassend bewust kortzichtig. De kortere rij bleek dan een sterkere impuls te geven dan de waarneming dat de wachttijd duidelijk langer was. Maar goed, je hoorde mij niet klagen als weer iemand door de knieën ging: welgemoed schoven mijn dochter en ik naar voren.

Opeens leek er een kink in de kabel te komen.

De dame achter het loket stond op. Even later kwam ze een deur zijwaarts het loket uit. Ze sloot de deur omstandig en met een brede lach op haar gezicht liep ze langs de rij naar achteren. Ze verdween in een donkere gang en was weg. Verschwunden. Gone.

Haar stoel was leeg. Het loket onbemand.

We stonden wat ongemakkelijk om ons heen te kijken. De concurrerende rij voor de automaat werd toch weer aantrekkelijker. De mensen hier konden een glimlach duidelijk niet onderdrukken.

Kijk, het was toch weer iemand gelukt om een kaartje tevoorschijn te toveren.

Ik keek mijn dochter aan. Ik besloot optimistisch te blijven.

"Ze is vast even naar het toilet."

"Of lunchen", merkte mijn dochter op die soms meer wereldwijsheid heeft dan ik.

"Of lunchen", dacht ik somber en realiseerde me dat de lunch in deze contreien een uitgebreid ritueel is.

Tot mijn opluchting hoorde ik achter mij uit het duister een alreeds bekend gerinkel van een enorme sleutelbos. Daar was ze weer. Onze lokettiste. Onze heldin. Als een olympisch kampioen liep ze weer breed lachend langs de rij naar haar loket.

En daar gingen we weer.

Wij waren nu snel aan de beurt. Eerst nog even de bozige Franse dames voor ons. Verongelijkt bediscussieerden ze hun ongenoegen met de dame achter het loket. Zelfs deze zuurpruimen konden haar humeur niet beïnvloeden. Ze wimpelde ze duidelijk af.

Vervolgens kon ik mijn vraag stellen. Ze had mijn verhaal helemaal niet nodig. Ze pakte de kaartjes en vroeg nog even voor hoeveel dagen. Trois, zei ik in mijn beste Frans. Het was gebeurt. We draaiden ons om en liepen langs de nog steeds immense rij.

Parijs lag aan onze voeten....