vrijdag 7 november 2014

Een kinderfeest



Op een onzalig moment besloot mijn zoon dat hij toch liever op voetballen ging.

Al zijn schoolvriendjes zaten immers ook op voetbal.

En als je kind op voetbal gaat, dan ga je als ouder ook mee. De kantine in, rijden voor wedstrijden en ga zo maar door. Het eerste vertikte ik stelselmatig, dus ik moest extra vaak het jonge voetbaltalent naar voetbalvelden buiten Gouda rijden.

Voordat ik verder ga, moet ik een bekentenis doen.

Ik heb h-e-l-e-m-a-a-l niets met voetbal. Ik kan ook niet zeggen dat ik er een hekel aan heb: de sport doet me gewoon niks. Ik sta volstrekt emotieloos en ook zonder enig begrip voor wat zich voor mijn ogen afspeelt, aan de lijn naar een heen en weer stuiterende bal te kijken. Omwille van mijn zoon stak ik zo nu en dan, op goed geluk, mijn duim omhoog, maar daar bleef het dan ook wel bij.

Dit in volstrekte tegenstelling tot verschillende andere ouders: vaders en moeders. Hard brullend zwiepten zij de prestaties van het team dreumessen op. De middelvinger ging regelmatig omhoog om de fluitende scheidsrechter duidelijk te maken dat hún prinsje toch echt correct had gehandeld. De jongens werden aangemoedigd om "de poten onder die klootzakken (dat waren de dreumessen met andere clubkleuren aan hun lijf) vandaan te schoppen". En soms, als prins-dreumes niet onmiddellijk op een tegenstander begon in te meppen, holde vader het veld op om hem schreeuwend hiertoe te bewegen. Als een dreumes van de tegenpartij een fout maakte, begon het ouderpubliek hard te fluiten en verontwaardigd te gillen, wat schichtige blikken van de betreffende kleuter opleverde.

Kortom...

ik stond met het schaamrood op de kaken angstvallig naar mijn zoon te turen hoe hij op al dit geweld langs de zijlijn reageerde. Hij speelde onverstoorbaar zijn spel. Zoals overigens de meeste kinderen...

Om de één of andere reden dringt het bovenstaande beeld zich aan mij op wanneer ik weer eens een boze brief lees over de komst van onze goede jeugdvrienden: Sinterklaas en Zwarte Piet. Met name de komst van de laatste, doet veel ouderen verzanden in een oorverdovend commentaar, soms verpakt in een redelijk betoog, maar soms ook op vergelijkbare wijze als de voetbalouders aan de zijlijn van het veld.

Ook als niet-voetbal-liefhebber, heb ik mezelf zeer regelmatig voor moeten houden dat voetbal op zichzelf gewoon een onschuldig balspel is. Het heeft veel goede en ook sportieve elementen: je speelt in een team en moet dus samenwerken, er zijn regels en die bepalen wat kan en wat niet kan, er is een scheidsrechter die bewaakt of het spel eerlijk verloopt en hier moet je als speler leren accepteren dat iemand anders soms het laatste woord heeft. Allemaal uitstekende zaken om te leren.

Die dames en heren aan de zijlijn, creëren echter een heel ander kader. Het gaat helemaal niet om samenwerken: het gaat om hun eigen prinsje die toch op zijn minst de belabberde voetbalprestaties van pa zal moeten verbeteren; de scheidsrechter is een stoorzender die werkelijk nooit begrijpt dat hij alleen maar belemmerend werkt in de eindeloze opgang van het prinsje en vooral: ouders die geen opvoeders zijn, maar gefrustreerde, onvolgroeide kinderen.

 Dat heeft natuurlijk helemaal niets meer met voetbal te maken. En toch zijn er velen die over voetbal praten alsof dit spel de oorzaak van veel ellende in onze samenleving is....

Het is gewoon een spelletje....

Sinterklaas is een kinderfeest....

Moeten wij, volwassenen, nu werkelijk alles kapot maken?