zaterdag 1 januari 2011

Angst



Eén van onze honden is bang voor mij.

Dat heeft niet zoveel met mij te maken. Maar ik ben in haar ogen de baas in huis. Ik heb een zware stem, ik ben lang en ik ben zwaar. Dan ben je in het brein van een hond al snel de baas.

Zij heeft in haar leven één ding geleerd: om heel bang te zijn voor de baas.

Ze is namelijk een voormalige fokhond van een illegale broodfokker uit België.

Uit haar schichtige gedrag kun je een beetje opmaken welke lessen deze fokker haar in haar leven als fokhond heeft geleerd.

Nu ontstaat er een merkwaardig fenomeen.

Ik kom de huiskamer binnen met geen enkel andere bedoeling dan een kop koffie voor mezelf te zetten.

Zodra ik de kamer binnenkom, stuift deze hond weg. Meestal gaat ze bij de schuifdeur naar de tuin zitten. Niet dat ze hierdoor weg kan, maar het lijkt haar de meest veilige plek op dat moment.

Ik zet een kop koffie en loop naar de bank in de televisiekamer. Dan passeer ik de schuifdeur naar de tuin.

De hond trekt weer een razendsnelle sprint, weg van mij.

Voor mij heeft mijn aanwezigheid en mijn handelen geen enkele relatie met de aanwezigheid en het handelen van de in de huiskamer levende dieren. Meestal klopt dat ook.

Maar deze hond doorbreekt het patroon. Of ik het nu leuk vind of niet, of ik het nu wil of niet, zij zorgt wel dat mijn aanwezigheid relatie krijgt met haar handelen.

Ze is immers bang voor mij.

Dit is onontkoombaar. Wat ik ook doe of laat altijd zal zij op mij reageren. Altijd. En altijd zal zij laten zien dat ze vooral angstig is.

En hond.

En ik ben voor haar de baas.

Dus zal ze ook weer naar mij toekomen en haar aanhankelijkheid tonen.

Ze is gevangene van haar eigen angst en haar instincten. Onontkoombaar.

Soms laat ik me meetrekken in haar gevangenis. Dan raak ik gefrustreerd door haar achterlijke gedrag. Ik schop haar niet. Ik sla haar niet. Haar angst vind ik dan onredelijk.

En dat is precies wat het is.

Onredelijk.

Het heeft niets met verstand te maken. Het zijn diep ingesleten gedragspatronen. En ze heeft geen mogelijkheid om hier van los te breken.

Het is niet anders.

Maar een goed gesprek zou welkom zijn.

vrijdag 31 december 2010

Kleuterschool

een willekeurige kleuterschool in 1966


Zou ze nog leven?

Het is wonderlijk hoe de menselijke geest soms werkt. Vanmorgen werd ik wakker met deze vraag. Nota bene over iemand aan wie ik liever niet terug denk.

Juffrouw Meester.

Zij was mijn juf toen ik op de kleuterschool zat. Die naam, die had ze ook niet zelf uitgekozen.

Het was in Castricum. De kleuterschool was een houten gebouwtje, drie straten verder bij ons in de woonwijk. Omringd door bomen en veel ruimte om te spelen.

Ik heb nog wel eens een foto van haar gezien. Omringd door heel veel kleuterkinderen. Ik zit ver bij haar vandaan. Zij droeg een in die tijd moderne, hoornen bril. Een lange vrouw met het haar hoog opgestoken in een knot. Licht mantelpakje. En natuurlijk lachen. Dat moest ook in 1968 al. Lachen voor de foto.

Om de één of andere reden had ze de pik op mij.

Ik zal ook toen wel al stronteigenwijs zijn geweest. Altijd alles beter weten. Altijd het laatste woord. Ook "keek ik met mijn handen", zoals mijn moeder zei. En ik was druk. Een baasje. Mijn opa noemde mij: "de kleine commissie."

Maar ik was ook 4 jaar oud.

Dan kun je toch niet zo heel veel zelfinzicht verwachten.

Als een kind jarig was, mocht het in de hal van het gebouwtje spelen. Daar stonden enorme houten blokken. Kon je prachtig hutten mee bouwen. En de jarige mocht een ander kind uitkiezen om samen mee te spelen. Behalve Erik. Die mocht nooit meedoen van de juf.

Op een dag fietste een achterbuurmeisje achter mij aan. Helemaal naar de kleuterschool. Op haar driewieler. Ik had Esther een paar keer gezegd dat ze terug naar huis moest. Maar dat verdomde ze. Dus kwamen we samen op het schoolplein aan. Juffrouw Meester was furieus. Ik raakte gefrustreerd, want wat kon ik er nou aan doen? Ik moest Esther terug naar huis brengen. Ondertussen waren de andere kinderen naar binnen gegaan. Ik huilde, terwijl ik het schoolplein weer afliep.

Achter me hoorde ik getik op het raam. Ik draaide me om en zag hoe de hele klas joelend en wijzend voor het raam stond. Juffrouw Meester stond steels lachend, wat op de achtergrond. Ze greep niet in.

Ze zal nu ergens rond de 70 zijn.

Het heeft lang geduurd voordat ik begreep dat ik zelf ook een rol speel in dit soort conflicten. Dat het ook met mij te maken heeft. Dat ik het kan beïnvloeden.

Daar hebben anderen mij mee geholpen. Door te spiegelen. Door te confronteren. Door soms even over mijn bol te aaien.

Maar juffrouw Meester hoort niet in dat rijtje thuis.

donderdag 30 december 2010

Een wereld achter cijfers



In Denemarken woont slechts 15 % van de dementerende ouderen in een intramurale instelling. Ik bedoel hiermee 15% ten opzichte van de Nederlandse situatie. Waar dus in Nederland 100 dementerende ouderen in een verzorgings- of verpleeghuis wonen, zijn dat er in Denemarken slechts 15.

Die andere 85 wonen gewoon thuis.

In Denemarken zijn een aantal zaken wettelijk verankerd. Zo is het domweg verboden om mensen tegen hun wil ergens op te nemen en/of op te sluiten. Je kunt dus in Denemarken in ieder verpleeghuis of in iedere kleinschalige woonvoorziening gewoon naar binnen lopen. Of juist weer naar buiten.

Het vastbinden van ouderen op bed of in een stoel is in dit land dan ook helemaal geen onderwerp van gesprek: het gebeurt domweg niet.

Dan kan het niet anders of ze krijgen vast veel sederende (sufmakende) medicijnen, die Deense ouderen.

Noppes.

De arts is in vrijwel alle gevallen de huisarts. Die speelt een zeer bescheiden rol in het hele begeleidingstraject van dementerende ouderen. Eigenlijk vooral de rol van huisarts, maar dan op die gebieden die specifiek des dokters zijn: diabetes, hart- en vaatziekten en ga zo maar door.

Niet bij dementie.

Want dat beschouwt men helemaal niet als een medisch probleem.

Het is in Denemarken veel meer een maatschappelijk probleem.

En die kan door een dokter niet worden opgelost.

Dat doet-i dan ook niet.

Het is veel meer een vraagstuk voor de gemeente, de woningbouw, sociaal/ maatschappelijk werk en soms de politie. Die werken dan ook intensief met elkaar samen.

En burgers wordt voortdurend vertelt dat dementie er gewoon bijhoort. Bij het ouder worden. En dat dementerenden er dus gewoon bijhoren. Die stop je niet weg, die probeer je te helpen.

Nog even: van de 100 dementerenden die in Nederland zijn opgenomen in een verzorgings- of verpleeghuis, wonen er in Denemarken dus nog 85 thuis.

Het zijn dus geen mooie praatjes.

Is alles dan ideaal in Denemarken?

Natuurlijk niet. Ook zij ervaren de begrenzingen van hun systeem. Het grootschalig slopen van intramurale voorzieningen heeft men gestopt. Hier en daar gaan stemmen op om toch weer wat bij te bouwen. Het koste wat het kost thuis handhaven van dementerende ouderen, gaat soms ten koste van juist die dementerende oudere.

Natuurlijk kennen ze ook hier dilemma's. Natuurlijk kent ook dit systeem haar criticasters.

Laat onverlet dat van de 100 dementerenden die in Nederland zijn opgenomen, er in Denemarken nog 85 gewoon thuis wonen...

het verslag van mijn studiereis naar Denemarken (2008) is te downloaden op mijn website: http://www.erik-zwart.com/#6

woensdag 29 december 2010

Hoe regel je een stage in Denemarken?

Arhus, museum of modern art

Januari 2008 was een wonderlijke maand.

Ik kreeg, geheel onverwacht, via de post, een gloednieuwe camera van Canon toegezonden. Mijn eigen camera, toen ruim 5 jaar oud, had ik voor een reparatie opgestuurd. Die bleek niet meer te repareren en Canon oordeelde dat zoiets met een camera uit hun fabriek niet zou mogen gebeuren.

Diezelfde dag kwam de dealer voorrijden met een gloednieuwe Toyota Prius. Een rode.

En ik kreeg vanuit Denemarken bericht dat een door mij geplande stage inmiddels was geregeld.

Ik kon vertrekken.

Hoe plan je een stage in Denemarken?

Ik wilde naar Denemarken om onderzoek te doen naar hun beleid ten aanzien van thuiswonende dementerende mensen. Denemarken heeft hierin een vernieuwend beleid ontwikkeld en loopt, samen met Zweden, nog steeds voorop. Inmiddels begint het wel last te krijgen van de grenzen van hun eigen systeem.

Dat leek me een boeiend gegeven.

Maar hoe regel je zoiets? Er bestaat geen reisbureau voor stages op dit gebied.

Ik ben maar begonnen om via internet onderzoek te doen naar de mogelijkheden. Omdat het beleid rond wonen, zorg en welzijn volledig de verantwoordelijkheid is van de gemeente, kwam ik al snel bij hen terecht. Ik las allerlei verslagen van groepen en mensen die mij voor waren gegaan. Dat waren er nogal wat. Zodoende leerde ik dat Kopenhagen en Arhus het verst waren gevorderd in hun beleid voor dementerenden.

Via de sites van deze gemeenten, zocht ik contact.

Het was verrassend wat er toen gebeurde.

Spontaan meldden zich ambtenaren die enthousiast vroegen wat ik precies wilde. Ik deed, via de mail, mijn verhaal en ze begonnen spontaan voorstellen te doen. De ambtenaar uit Arhus liep het hardst, dus ik besloot naar Arhus te gaan. Via deze ambtenaar kwam ik in contact met allerlei mensen die op allerlei plekken in de keten werkzaam waren.

Ze waren zonder uitzondering enthousiast over mijn belangstelling. En ik kon overal langskomen.

Met mijn nieuwe Prius en mijn nieuwe camera.


dinsdag 28 december 2010

Er waart een spook door ons land....whuuuu!



De koningin sprak over harmonie, respect en maatschappelijke verbondenheid.

Hoe je het ook wendt of keert, het zijn thema's die bij kerst horen.

De onderkoning, Wilders, reageerde zuur. Smalend, was het juiste woord dat de Volkskrant voor zijn bijdrage aan de kerstboodschap koos. Niks harmonie of respect. Oog om oog, tand om tand. Dat is zijn devies. Gewoon rammen en dan pas vragen. Zo meppen we onze nieuwe samenleving bij elkaar. Schreeuwen, afwijzen, verzuren. Ja, met Geert komen we er wel.

Verder de voorspelbare reacties, de oppositie verdedigde de koningin. De regeringspartijen, jawel het christelijke CDA (daar stond die C toch voor?), hielden zich stil of mompelden iets zo zachtjes dat Geert het niet kon horen.

Lafaards.

Vanmorgen een goed stuk van Ari Duivesteijn in de Volkskrant. Hij beschrijft hoe de PVV zelfs een onschuldig initiatief voor de bouw van een door kinderen ontworpen huis, verbindt aan haar eigen haatdragende superthema's, de islamisering en de hobby's van de linkse kerk, en daarom maar afwijst.

Ook een bericht dat de PvdA gezamenlijk met zoveel mogelijk andere partijen wil gaan optrekken tegen de verzuring in ons land.

Maar ook hier begint de verwarring toe te slaan. Samen? Nou, dat moeten we nog even bezien. We moeten nog vergaderen. Hoezo samen? Tja, het plan is wel goed, maar....

En de Anbo (de ouderenbond) heeft al verzocht om van de lijst van deelnemers te mogen worden afgevoerd.

Voor je het weet worden ze geassocieerd met de linkse kerk.

Stel je voor.

Gaat Geert over je twitteren.

Whuuu!

maandag 27 december 2010

Klöte



Er was geen ontkomen aan.

De kledingkasten waren onherstelbaar gammel. De schroeven draaiden vrolijk rond zonder nog te hechten. Dolgedraaid, heet zoiets. De kasten zwaaiden vervaarlijk heen en weer als wolkenkrabbers in een storm. Het kon niets meer worden.

Ik heb ze gesloopt en bij het grof vuil gezet.

Maar de kleding moet toch worden opgeborgen. Mijn vrouw keek me al eens van opzij aan. We voelden allebei welke kant het op ging.

Ik probeerde nog iets over het behang en de verf en de lampen die nog moesten worden opgehangen.

Allemaal waar, maar het lost het probleem van de kledingkasten die er niet meer waren, niet op. Er moesten nieuwe kasten komen.

Ikea.

Het I-woord was uitgesproken. Geschrokken keek ik naar buiten. In mijn fantasie draaide iedere auto die de wijk uitreed in de richting van dit Zweedse foltercentrum. Volgestouwd met meubels die op onnavolgbare wijze in elkaar moeten worden geknutseld. Zonder schroevendraaier, maar hoe dan wel, heb ik nog steeds niet begrepen. Een winkel die meer mensen trekt dan de Kalverstraat rond Sinterklaas of de kerstviering in de Sint Pieter in Rome. Mensen die als zombies door elkaar heen krioelen, met zware karren die om de één of andere reden altijd langs mijn enkels moeten schuren als ze passeren. Mensen die het liefst met veel geweld een loopplekje voor je veroveren in de rij en vervolgens bij ieder meubeltje uitgebreid stil gaan staan. Die het niet toestaan dat je langs hen heen loopt, daarvoor wordt de wagen steeds weer listig in stelling gebracht.

Ikea.

Als je dan door alle ellende bent heen geworsteld, moet je je spullen nog in de auto zien te krijgen. In al die honderden auto's om de winkel heen, zitten weer dezelfde zombies maar nu zijn ze gewapend met een auto. Het liefst een 4wheeldrive en zonder zich van iets of iemand iets aan te trekken. Allemaal in een vorm van dolle paniek. Een rode waas voor de ogen. En natuurlijk past het niet, dus moet de hele stapel dozen weer de auto uit en wordt opnieuw begonnen met het passen en meten. Terwijl je in je auto zit te wachten op je beurt. Terwijl tegelijkertijd minstens drie auto's er zich toch tussendoor weten te persen.

Ikea.

Ach, zo stelde mijn vrouw mij gerust, het is de dag na kerst. Ze zijn vorige week zo ongeveer permanent open geweest. Iedereen zit lekker uit te buiken. Wie moet er vandaag eigenlijk nog meubels kopen? Het zal niet zo druk zijn vandaag.

Wat kan een mens zich vergissen.