vrijdag 28 juni 2013

Afscheid van Siep



Het zal in de periode rond oud en nieuw van 2005 zijn geweest, dat ik tijdens een nieuwjaarsreceptie van het verpleeghuis, één van de verpleeghuisartsen met een hond zag rondlopen. Het was een blonde retriever en ze huppelde vrolijk om hem heen. Hij vertelde mij dat hij vrijwilligerswerk in een dierenasiel deed en dat hij soms een hond mee naar huis nam zodat deze weer aan mensen kon wennen. Zo ook Siep, want zo heette de schoonheid.

Siep was een fokhond geweest. Zoals het gaat met fokhonden: na een jaar of 5 is hun economische waarde verdwenen. Concreet betekent dit dat het aantal nestjes dat per jaar wordt geworpen, afneemt, zodat de hond minder opbrengt. Ze werd dus te duur. De oplossing is of doden of naar het asiel. Dit was blijkbaar een fokker die ergens nog iets voor honden voelde: Siep werd gedumpt in het asiel.

Die avond vertelde ik dit verhaal aan mijn vrouw en kinderen. Hun reactie was voor mij onverwacht: woede, algemene woede: hoe ik het in mijn hersens haalde om dat zielige hondje niet onmiddellijk in de auto mee naar huis te nemen. Hun harten waren bij voorbaat gewonnen en ik was kansloos. Nog diezelfde avond belde ik de verpleeghuisarts en een dag later maakte Siep deel uit van ons gezin.

Siep bleek een aparte hond te zijn. Bij voorkeur lag ze de hele dag in haar mand te slapen. Spelen deed ze niet, nooit. Er was er eigenlijk maar één waar ze nog enigszins enthousiast op reageerde: mijn zoon. Die wist haar uit haar lethargie te halen en dan stond ze op en draaide voorzichtig een rondje om hem heen. Ze was zijn vriendin en dat voelde ze.

Ze had nog een passie: eten. Als het etenstijd was, stond ze vooraan en ze viel, letterlijk, de voederbak aan. Ze schrokte zo inhalig haar eten naar binnen, dat niet zelden datzelfde eten met kerende post weer werd uitgebraakt. Niet getreurd, dat werd gewoon weer opgegeten.

Ze was een fokkershond, weet je nog?

Dit was wat wij, mensen, haar hebben aangeleerd: liggen en nesten werpen. Ze zal te midden van meerdere fokkershonden en hun nesten hebben geleefd: eten was dus het recht van de sterkste. Dat zat wel goed bij Siep. En spelen? Daar werd ze niet voor betaald. Allemaal omdat zoveel mensen zo graag een puppie willen. Niet te duur natuurlijk en omdat iedereen een Golden Retriever heeft....nou ja. Leg dat Siep allemaal nog maar een keer uit.

Tot onze verbazing werden we op een gegeven ogenblik benaderd. Iemand, die ooit een pup van Siep had gekocht, was, via het asiel, achter ons adres gekomen. Deze man organiseerde een reünie van nesten van Siep. Of de moeder ook kon komen. We besloten te gaan. We spraken af ergens bij Noordwijk op het strand. Het werd een desillusie voor de kinderen van Siep. Ze zag haar kroost, trok haar bovenlip op, gromde vervaarlijk en liep op een draf van de groep weg. Wij zwaaiden naar de verbaasde eigenaren en liepen achter Siep aan. Ze hield niet van jonge honden. Ze haatte ze. Daar kwamen we wel achter.

Vanmiddag is het afgelopen.

Na het overlijden van Bono, haar grote hondenvriend, ging het snel bergafwaarts met Siep. Het lopen, toch al geen favoriete bezigheid, ging steeds slechter. De laatste weken kwam ze nauwelijks nog uit zichzelf overeind. Ze viel voortdurend en bleef dan hulpeloos liggen. Soms midden in een regenplas. De lol was er voor haar wel af zo.

Om 15.30 uur krijgt ze een spuitje. Siep, onze blonde godin.