donderdag 16 juni 2011

Geen regels meer!



Verdrijving uit het Paradijs


Vanmorgen las ik een interessant bericht op de website van Skipr (http://www.skipr.nl/actueel/id7857-stichting-voor-ouderenzorg-schaft-alle-regels-af.html):

stichting voor ouderenzorg schaft alle regels af.

Hij is boeiend.

De koptekst bevat namelijk een paradox: op het moment dat je zegt: "we schaffen alle regels af", introduceer je één regel: we hebben geen regels. Maar met het introduceren van die ene regel, verlaat je de door jou gestelde regel: je hebt een regel, waarvan je zegt dat je die niet hebt.

Dit is meer dan een woordenspel.

Want wat zeg je nu eigenlijk wanneer je stelt dat er geen regels bestaan? Dan zeg je dat ieder ogenblik alles volledig kan veranderen. Dat je nergens op kunt vertrouwen. Dat je jezelf en je omgeving steeds opnieuw weer helemaal moet uitvinden.

En bovendien dat dat ook steeds weer verandert.

Dat lijkt mij geen prettige omgeving om in te verblijven. Zeker niet in een zorgomgeving, waar ik mag hopen dat een heel aantal regels gewoon overeind staan: ik denk dan aan bejegening, aan veiligheid, aan zorg- en behandelafspraken. Ga zo maar door.

Ik begrijp natuurlijk ook wel dat dit nooit de bedoeling kan zijn van het experiment. Ik voel ook wel aan van waaruit de gedachte is voortgekomen.

Ik kwam ooit als nieuwe directeur in een verpleeghuis en begon enthousiast een aantal veranderingen door te voeren.

Dat werkte natuurlijk niet.

Er gebeurde helemaal niets.

Ik vond dat de bewoners in het verpleeghuis vooral recht hadden om in een woonomgeving te verblijven. Een omgeving waar zij zich thuis zouden voelen.

Als ik in een huiskamer op een afdeling van het verpleeghuis kwam, vielen mij allerlei zaken op:
1) alle medewerkers liepen in uniform,
2) de artsen liepen meerdere keren per week visite en op sommige afdelingen werden bewoners zelfs geacht zich dan op de slaapzaal bij hun bed te bevinden,
3) fysiotherapie, de kapper, de tandarts en ga zo maar door, bepaalden, zonder overleg met de bewoner wanneer zij met hen een afspraak hadden,
4) bewoners werden op dat ogenblik, waar ze ook mee bezig waren, door vrijwilligers (hardwerkende en betrokken mensen) uit hun woonomgeving geplukt en meegenomen naar de kapper, de tandarts en ga zo maar door,
5) en nergens, werkelijk nergens hing aan de muur van de huiskamer ook maar één foto van de kinderen of kleinkinderen. Kom eens in een gemiddelde huiskamer van een hoogbejaarde buiten het verpleeghuis...

Alles bleek te maken te hebben met de visie op het wonen in een verpleeghuis. Bovendien kwamen veel regels voort uit beheersaspecten: je kan toch niet overal zomaar schilderijen of foto's van alles iedereen ophangen? Dan wordt het een zooitje.

Vond tenminste één van mijn voorgangers.

Bewoners waren dus te gast en de omgeving had te maken met behandeling en verzorging.

Niet wonen.

Dus speelden we ziekenhuisje.

En woonden de bewoners in een omgeving die ook inderdaad niet van hun was. Dat werd voor hen bedacht.

O ja, natuurlijk zijn de bewoners niet voor niets opgenomen in een verpleeghuis. En natuurlijk, soms is er sprake van een intensieve zorgbehoefte of een gecompliceerde behandeling door de arts. Maar daarom hoeft hun hele omgeving toch niet gedomineerd te worden door deze aspecten?

Thuis zijn de mensen toch ook gewoon thuis en bepaalt de huisarts en de wijkverpleegkundige toch ook niet hoe de hele woonomgeving van de cliënt eruit moet zien?

En laten we direct even vaststellen dat ook in de thuissituatie vaak sprake is van een intensieve zorgomgeving en gecompliceerde behandelingen.

We moesten dus in gesprek met elkaar. Over die visie. Over waarom we de dingen deden zoals we ze deden. Dat leverde soms verrassende wendingen op.

De uniformen. Die wilde ik uit hebben en hiervoor in de plaats gewone kleding. En een schort wanneer er bijvoorbeeld iemand onder de douche moest of wanneer er een andere verzorgingshandeling moest worden verricht.

Maar bewoners bleken die uniformen juist prettig te vinden omdat ze zo wisten wie bij de verzorging hoorde en wie niet.

Maar dat betekent dat de bewoners de verzorgende vaak gewoon niet kennen. Dat er teveel mensen zich met de bewoners bezig hielden.

Dus moesten we nadenken over hoe we dit voor de bewoners overzichtelijk konden houden. En hoe de medewerkers zich op een andere manier herkenbaar maakten.

Dat lukte.

Het kostte wel meer tijd.

We hadden dus wel regels. Maar andere dan we gewend waren. Vanuit een andere visie.

Want regels geven ook veiligheid.

Regels zijn nodig.