zaterdag 10 augustus 2013

1066

De slag bij Hastings op het tapijt van Baijeux....let op de heuvel!



Ik zeg: "1066" en u zegt dan: "Hastings".

Heel goed, waarde lezer. Alleen jammer dat de slag bij Hastings niet bij Hastings plaatsvond. Ze werd ongeveer 35 kilometer landinwaarts uitgevochten. Nu mag je natuurlijk discussiëren in hoeverre 35 kilometer nog "bij" is, maar het lijkt mij wat ver opgerekt. Maar, de geschiedschrijvers hebben bepaald dat de slag "de slag bij Hastings" moet heten, dus ik reken uw antwoord goed.

Afgelopen week waren wij bij het plaatsje "Battle". U raadt het al, dáár speelde zich de oorlogstaferelen in 1066 zich af. Alleen, Battle, de plaats dan, bestond toen nog niet. Feitelijk was er helemaal niets op die plek, behalve een enorme heuvel. En boven op die heuvel stond Harold. Harold was een Saks en hij had de kroon van de overleden Edward de Belijder overgenomen. De Saksische edelen hadden hem hier ook voor aangewezen, dus alles leek in kannen en kruiken.
Beneden aan de heuvel stond echter Willem. Toen nog "Willem de Bastaard" geheten. Dat vond hij niet zo'n fraaie bijnaam en men fluistert dat de enkeling die dit in zijn gezicht durfde te zeggen, dit met een afgehouwen voet of hand moest bekopen. Een echte man dus, die Willem. Willem was een Normandiër en hij beweerde bij hoog en bij laag dat Harold hem ooit had gezworen dat hij, Willem, de opvolger van Edward zou zijn. Waarom Harold hier überhaupt iets over te zeggen had, wordt niet beschreven, maar Willem vond het serieus genoeg om de Paus te benaderen over het onrecht hem aangedaan. De Paus vond het best als Willem koning van Engeland werd: hij was per slot van rekening een trouwe Katholiek (dat wil zeggen: hij betaalde genoeg aan de Paus).

Het was dus alles behalve in kannen en kruiken.

De veldslag is wel beschreven als één van de meest invloedrijke veldslagen in de Engelse geschiedenis. Na Hastings was de Saksische heerschappij in Engeland definitief gebroken. De voortdurende strijd van de Engelsen tegen de Normandiërs (de "Fransen"), zou tot op de dag van vandaag een thema blijven in de Britse psychologie.

Maar goed, de veldslag dus. Willem stond dus onderaan de heuvel, Harold er boven op. Willem had op zichzelf de beste kansen: zijn leger bestond uit goed getrainde en uitgeruste soldaten: ridders, boogschutters, voetvolk. Harold zijn leger was een samengeraapt zooitje gelegenheidsstrijders die bovendien een paar dagen eerder nog een flinke veldslag tegen de Denen (die waren Engeland ook al binnen gevallen) hadden uitgevochten. Appeltje, eitje, zou je zeggen. Probleem was echter die heuvel: de mannen van Willem moesten iedere keer die rottige heuvel opklauteren en de mannen van Harold bleven maar van alles naar beneden gooien. Bovendien, als de mannen van Willem eindelijk boven waren, vormden de mannen van Harold een muur van schilden en zwaarden en duwden Willem zijn mannen gewoon weer naar beneden.

Het was een zooitje. Willem zijn mannen bleven maar tegen die heuvel opklauteren en de enkeling die boven kwam, werd weer omlaag geduwd. Geen gezicht.

Willem bedacht echter een list: hij liet zijn mannen opnieuw, wat moest je anders, de heuvel opstormen. Echter, deze keer draaiden ze zich voortijdig om en leken massaal op de vlucht te slaan. Dat vonden de mannen van Harold prachtig en de stoere kerels holden de heuvel af, achter de mannen van Willem aan om ze eens lekker in de pan te hakken. Daar had Willem op gewacht: hij gaf zijn cavalerie nu opdracht in beweging te komen en in een lus om de groep mannen heen te rijden. Zodoende werden de mannen van Harold ingesloten en werden zij in de pan gehakt.

Deze truc herhaalde Willem verschillende keren en, verdomd, die stomme Saksen stonken er iedere keer opnieuw in. Zodoende werd het leger van Harold flink gedecimeerd. Toen Harold ook nog eens dodelijk door een pijl in zijn oog werd verwond, was de strijd voor Willem gewonnen. Weliswaar waren zijn manschappen nog enkele uren druk doende met het zorgvuldig afslachten van de mannen van Harold, het was ook voor die tijd een uitzonderlijk bloedige veldslag, maar de overwinning was al binnen. Willem zijn naam zou voortaan "Willem de Veroveraar" zijn....daar kon hij mee thuis komen.

Willem stichtte na de overwinning een abdij. Aanvankelijk begonnen de monniken abdij een paar kilometer van de heuvel op te bouwen: boven op de heuvel was niet alleen voor soldaten een flinke klim en bovendien was er geen water....maar dat vond Willem maar niks. De al opgebouwde muren moesten steen voor steen worden afgebroken en opnieuw worden opgebouwd boven op de heuvel. Rond de abdij ontstond, zo ging dat in die dagen, een plaatsje: Battle.

Diezelfde abdij  is alweer afgebroken en er staat nu alleen nog een ruïne. Daar is weer een andere koning voor verantwoordelijk: Henry VIII, maar die had er een nationale sport van gemaakt: het afbreken van kerken en abdijen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten