zondag 24 oktober 2010

It's a wonderful world

Aagje Deken (niet in ons bezit)

Mijn vrouw spaart miniatuurportretjes. Ze hangen boven onze eettafel en kijken zo de dag met ons mee. Ze heeft zowel silhouetten (de vorm van een gezicht weergegeven als schaduw) als gewoon portretten. Sommige zijn geschilderd, andere getekend of zelfs geknipt. Het zijn mannen en vrouwen, oud en jong, alhoewel de dames in de meerderheid zijn.

Dergelijke portretjes worden al eeuwenlang gemaakt. De meeste komen echter uit de periode net voordat de fotografie aan haar vlucht begon, eind 18e, begin 19e eeuw.

Ze kijken hun ogen uit. Vanmorgen schrokken ze weer toen ik het licht aandeed. Het blijft hun steeds verbazen: een druk op een knop en de hele omgeving baadt in een fel licht. En er wordt niet één knop ingedrukt, maar wel drie. Ze knijpen hun ogen een beetje dicht. Ze kunnen er maar niet aan wennen.

Vanuit hun ooghoeken kunnen ze me volgen wanneer ik de keuken inloop. Ze begrijpen niet precies wat ik doe, maar ze zien hoe ik de vuile vaat die op het aanrecht staat opgestapeld, in een kast stop. Ik sluit de kast en deze begint gorgeldende geluiden te maken. Ze weten inmiddels dat na een klein uurtje de kast weer wordt open gedaan en de vaat er blinkend schoon wordt uitgehaald. Pure magie, vinden ze dit.

Ik pak een soort plank die op tafel ligt en ook die begint licht te geven. Ze kunnen het vanuit de hoek waarmee ze op de tafel kijken niet goed zien, maar het lijken wel letters die oplichten. Ik beweeg met mijn vingers over het lichtende oppervlak en ze zien de letters voorbijschuiven. Soms zien ze ook een plaatje voorbij komen. Een boek zonder pagina's. En iedere dag opnieuw wordt dit boek gelezen. Het verveelt blijkbaar nooit. Ze zijn erg nieuwsgierig naar de tekst.

Opeens klinkt er een hoog en verstorend geluid. Ze zien hoe ik een soort handvat van tafel pak en ik begin hier in te praten. Heel vaag horen ze een andere stem wanneer ik zwijg. Het apparaat heeft geen vaste plek in de kamer, maar het wordt veelvuldig gebruikt. Vaak horen ze ons mopperen wanneer we het niet snel kunnen vinden. Het geluid betekent zeker dat er snel moet worden gehandeld, want alles wordt steeds stil gelegd wanneer het klinkt: een gesprek, de maaltijd, het lezen.

De maaltijd, zo zien ze, ligt voor een belangrijk deel gewoon klaar in een andere kast die deel uitmaakt van de keuken. Fruit, vlees, kazen, alles ligt er in gemakkelijke porties, klaar voor bereiding. Melk lijkt uit een soort pak te komen. Ze horen veel dierengeluiden, maar koeien, schapen, geiten en paarden hebben ze nog nooit gehoord. Toch is er altijd eten in overvloed. De hele dag door wordt er wel iets bereid en gegeten. De wijze van bereiden is soms raadselachtig. Een sterk geurende drank, is dat geen koffie?, komt uit een soort kraan die spontaan begint te lopen als er op een knop wordt gedrukt.

Het is altijd warm in het huis, terwijl ze nergens een haard zien branden. Die moet zeker uit hun zicht zijn. Ze verbazen zich wel over het risico wat wordt gelopen: de kamer is vaak gewoon leeg en toch moet de haard branden. Gelukkig is er nog geen brand uitgebroken, maar ze verwachten het eigenlijk ieder ogenblik. Vreemd is wel dat de haard zo langdurig kan blijven branden, zonder dat iemand het vuur voedt.

Ze vermoeden dat het deel van de kamer dat ze niet kunnen zien, immens groot is. Immers, ze horen veelvuldig allerlei verschillende stemmen en vaak ook complete orkesten. Zelfs wanneer er geen feest is klinkt er vaak muziek. Er wordt niet op gedanst, sterker, de bewoners bewegen zich door de kamer alsof de muziek er helemaal niet is. Héél soms wordt een wijsje meegezongen.

Het gezin waar ze op uitkijken is klein: een man, een vrouw en twee bijna volwassen kinderen. Er zijn geen bedienden in huis. Ze moeten dus tot de behoeftigen behoren, maar alle luxe en zichtbare rijkdom verwart ze.

Er klopt gewoon iets niet.

Maar wat?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten