maandag 20 februari 2012

Berlijn



We stonden 's ochtends om een uur of 9 op Alexander Platz, Berlijn. Het was koud en het regende licht.

Niet de beste omstandigheden voor een eerste indruk.

Een enorm plein. Beton. Op de grond. Het straatmeubilair en de omringende gebouwen. Overal beton. Glimmend door de regen. In een somber, blauwig ochtendlicht. Ieder menselijk wezen verdween kansloos in de enorme ruimte. De overal en altijd aanwezige "Fernsehturm" liet haar koude blik over dit plein dwalen.

We besloten naar het nabijgelegen museumeiland te lopen. Vanaf Alexander Platz betekent dat door bemodderde parken ploegen en langs eindeloze houten schuttingen schuifelen, waarachter verschillende bouwputten, alvorens de 6 rijstroken brede Schlossplatz (het verlengde is Unter den Linden) over te steken.

Het wordt er niet gezelliger op.

Berlijn is blijkbaar vooral gebouwd als een stad die moet imponeren. Lange, hele lange en brede straten, waaraan pompeuze bouwwerken, zoals de Berlijnse Dom (vooral groot en imponerend), het Altes Museum (in de vorm van een enorm Griekse tempel, compleet met tientallen dikke zuilen), de volstrekt belachelijke Humboldt Box (een fantasieloos, zeshoekig bouwsel van blauwe vlakken en witte strepen, als plaatsvervanger van het in 1950 door de communisten opgeblazen stadsslot) en ga zo maar door.

Je voelt je vooral verloren.

Verloren in een stad die in de 20e eeuw grondig is vernietigd.

Na de tweede wereldoorlog bleek 80 % van de stad tot onherkenbare, metershoge puinbergen te zijn gereduceerd. Toen de mannen van het rode leger klaar waren met hun intense wraakoefeningen op vooral vrouwen, kinderen en oude mannen, bleek het grootste deel van de bevolking dood of voor het leven getraumatiseerd.

Vervolgens werd de stad in stukken gescheurd door een muur die Oost en West ruim 30 jaar van elkaar gescheiden hield.

Met als effect dat in het arme, communistische Oosten eindeloze, grauwe flats en flatwijken werden gebouwd: de mensen hadden toch een huis nodig. In het Westen werd voortvarend gebouwd aan een nieuwe stad. Helaas, geheel in de stijl van de jaren zestig en zeventig. Welke bouwstijlen de eeuwigheid niet kunnen bekoren: ze komen op ons als hopeloos gedateerd over.

Waarin, nadat de twee Duitslanden weer tot één land waren gesmeed, de nieuwe regering voortvarend opnieuw is begonnen om Berlijn het regeringscentrum te maken.

Met een nieuwe Bondsdag met een enorme glazen koepel, een overweldigende uitbouw van glas, beton en water. Met een nieuw Hauptbahnhof waarbij de glazen luifel de mensen die het station betreden, tot nietige mieren reduceert.

Ik kon die drie dagen maar één ding bedenken....

wanneer krijgen de Berlijners hun stad eindelijk een keer terug?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten